Hieronder interviews met onze kandidaten……

  • Wie is Joop Wikkerink?

    In de kandidatenfolder staat het volgende opgetekend.

    Wethouder Werk en Inkomen, Zorg en Welzijn, Publieke gezondheid. Afgelopen 3,5 jaar hard gewerkt om noodzakelijke veranderingen vorm te geven. Uitgaan van vertrouwen, werken volgens de bedoeling. Overtuigd van de noodzaak tot regionale samenwerking. Trots op de veranderingen ten goede bij Laborijn. Voorstander van de beweging naar gezondheid en gedrag in plaats van ziekte en behandeling. Samenwerken in de genen. Ziet zichzelf als degene die de soms ongemakkelijke waarheid vertelt. Maakt zich sterk voor fatsoenlijk werk voor iedereen. Zet zich in voor diegenen die moeite hebben voor zichzelf op te komen. Is van nature een optimistisch mens en ziet vooruitgang in het denken van mensen. Kijkt vooruit. Vanaf de oprichting lid van GroenLinks.

    Vooral dat samenwerken maakt nieuwsgierig. We steken ons licht eens op bij Joop: Je bent nogal actief in de regio, voor Aalten, voor de doelgroep en vooral voor de inwoners. Is samenwerken nodig en is dat ook gemakkelijk?

    OLYMPUS DIGITAL CAMERA

    Regionale inkoop WMO en Jeugd-voorzieningen.

    Als voorzitter van het Portefeuille-houdersoverleg vond ik de “tour de force” van deze periode de gezamenlijk inkoop van voorzieningen in het sociaal domein. Dat loopt al vanaf 2017-2018. Toen werden er mooie uitgangspunten afgesproken over de “transitie” van de wmo-begeleidng, beschermd wonen en jeugdzorg. Dat is ook nodig. De eerste jaren na 2015 stonden geheel in het teken van de decentralisatie van de wetten en de verantwoordelijkheden. Maar de bedoeling was en is natuurlijk dat de zorg vernieuwd wordt en dat we werken aan uitgangspunten  van o.a. normalisering, de-medicalisering. Plus dat we een zgn. dekkend zorglandschap hebben in de Achterhoek. En dat de “driehoek” inwoners, gemeente, aanbieder gaan samenwerken en regie voeren. Dat alles moet ook leiden tot minder inzet van langdurige en dure zorg en moet een beweging op gang brengen waarin de “sociale basis” aanzet is: ons echte Achterhoekse naoberschap, waarin we zorgen voor elkaar.

    Over die uitgangspunten kun je het nog wel eens worden. Vloeit geen bloed uit en kost geen geld. Maar dan. Dan komt er een circus rond allerlei aanbestedingsmethodieken, waar veel juridische voetangels en klemmen. Terwijl je graag in partnerschap wilt optrekken met de aanbieders van zorg en de professionals komt er opeens een heel andere dynamiek om de hoek kijken als het over geld, omzet, kosten gaat. Ik zal je de details besparen maar we hebben alle uitdagingen langs zien komen: aanbieders die kort gedingen willen aanspannen, gemeenten die een eigen koers willen varen of bang zijn dat de gekozen methodieken in het algemeen en voor hen in het bijzonder nadelig uitvallen. En dat allemaal tegen de achtergrond van te weinig geld vanuit het rijk en een stijgende vraag vanuit een ouder wordende bevolking. Bovendien kwam daar in de laatste twee jaar corona bij, waardoor de communicatie werd bemoeilijkt maar ook de zorg veranderde en de inwoners last kregen van bijv. mentale crises.

    Lakmoesproef

    Ook heb deze “tour de force” altijd beschouwd als de lakmoesproef van de regionale samenwerking. Als het ons niet lukt samen te werken op dit dossier waar veel geld en veel moeite in omgaat, maar vooral waarin het zo nauw luistert richting onze kwetsbare inwoners, dan kunnen we de regionale samenwerking wel opdoeken. Ik heb dat tijdens het proces ook een paar keer gedacht. En dan toch maar weer pilots en compromissen bedenken, overleggen en slimme oplossingen nagaan. Samen met een fantastisch team adviseurs die steeds maar weer doorgingen. Een paar keer moesten we de fatale datum uitstellen. En dat allemaal onder druk van de enorm detaillistische en gejuridiseerde aanbestedingsregels. Praten met meel in de mond vaak, geen overleg kunnen voeren met aanbieders en de gemeenteraad. Dat leek op een proces met gebonden handen op de rug, waarbij je je niet kon afweren tegen ongefundeerde suggesties of meningen.  Maar ik ga er van uit dat we er uitkomen en een gunningsadvies kunnen maken. We moeten nog wel –in vertrouwen met elkaar nadere afspraken maken over de precieze invulling. Maar daar hebben we  3 en 2 x 2 jaar voor. Immers het hele idee van de transitie is dat we blijven leren, ontwikkelen en verbeteren. Kortom over deze klus ben ik positief en ben er trots op dat we deze geklaard hebben.

    Die nieuwe manier van denken, van kijken naar de verhouding tussen overheid en inwoners zie je ook op andere terreinen of niet? Bijvoorbeeld in de sociale zekerheid en gezondheidszorg. Klopt dat?

    Jazeker. Een mooi voorbeeld is Achterhoek gezond. Ontstaan op de thematafel “Gezondste regio” vanuit het besef dat we anders moeten kijken naar onze gezondheid. Is tot nu toe de focus gericht op ziekte en behandeling (ook in de prestatieafspraken en financieringen), het is noodzakelijk dat de positieve gezondheid, de focus op gezondheid en gedrag gericht gaat worden. Ik zit met veel plezier met een aantal zeer deskundige mensen in een stuurgroep waarin we deze gedachte willen uitstralen. Hoe kunnen we nu door vroegtijdig en gericht bij dreigende gezondheidsproblemen in te grijpen vooral op het gebied van preventie en gedrag, ziekte op latere leeftijd voorkomen of verminderen. Zo gaan we in een 12 tal ontwikkelplekken met alle partners: instellingen, gemeenten, huisartsen kijken of die gedachte (vroegtijdig ingrijpen) ook werkt en opgeschaald kan worden. Dat doen we in de zgn. “brandhaarden”. Veerkrachtige ouderen en kwetsbare jongeren. Zelf vind ik de gedachte van “Welzijn op recept” een hele mooie. Daar doet nu al de helft van de huisartsenpraktijken aan mee, de ander drie zijn ook zeer geïnteresseerd. De gedachte is dat huisartsen de mogelijkheid krijgen hun patiënten naar een welzijnscoach door te verwijzen voor een participatieplan. Immers veel klachten vinden hun oorzaak in gebrek aan aansluiting, participatie, beweging en samenwerking. En dan is een wandelprogramma vaak beter dat een doos vol medicijnen of een doorverwijzing naar een specialist. Dus hier werkt het echt: vanuit een positieve gezondheidsgedachte oorzaken aanpakken, gedrag veranderen, gezondheid bevorderen in plaats van ziekte behandelen. De stip op de horizon is hier dat we een andere manier van organiseren, monitoren en vooral ook financieren gaan ontwikkelen. Dus niet elke behandeling vergoeden, maar positieve gezondheid belonen. Heel erg belangrijk, want bij ongewijzigd beleid hebben we over 20 jaar geen mensen meer die het werk doen en zijn de kosten drie keer zo hoog. Dus we moeten ook wel.

    En als je dan kijkt naar participatie, naar meedoen, als basis voor een gezond en gelukkig leven dan kom je al gauw terecht bij de Participatiewet, het hebben van betaald werk, ook als je een arbeidsbeperking hebt en dus  bij onze gezamenlijke aanpak in Laborijn. Daar was toch wel het een en ander aan de hand.

     Wat heet! We hebben in de eerste jaren vanaf de eerste bestuursvergadering die ik meemaakte een zeer roerige periode gehad. Die periode eindigde met een onderzoek naar bejegening van de klanten, het vertrek van de directeur en het uittreden van de gemeente Oude IJsselstreek. Toen is het ook hurry-op gegaan. Met hele mooie financiële cijfers (fijn voor de gemeenten) en mooie uitstroomcijfers (fijn voor de mensen). Klachten over bejegening worden nauwelijks meer gehoord en correct afgehandeld. En we hebben hele mooie nieuwe projecten doorgevoerd. Op het gebied van inkomen:

    -giften van familie e.d. naast de bijstandsuitkering worden vrijgelaten tot € 1200,– per jaar
    -bejegening en klachtenprocedure is sterk verbeterd
    – we werken “omgekeerd” wat is er nodig en niet wat zeggen precies de regeltjes.

    Voor wat betreft de re-integratie hebben we echt mooie punten gescoord:
    -meer mensen vanuit het doelgroepregister met loonkostensubsidie aan het werk
    -mooie opdracht en (bijv. Lab 21 met inpakken van speelgoed in de hal in Aalten) voor de oud-wsw-medewerkers
    -simpel switchen: we trekken ons niks aan van de schotten tussen de wetten en de uitkeringen maar steunen de mensen waar nodig: soms twee dagen dagbesteding en 3 dagen beschut werk, soms 1 dag werk volgens p-wet en 4 dagen dagbesteding, enz.
    -parttime werken. Door een ingewikkelde wetstoepassing kunnen we mensen die parttime werken een premie geven (ze hebben dat eigenlijk zelf verdiend) van 200 euro per maand.
    -steeds meer projecten waar we wmo- en participatievoorzieningen combineren.
    -inburgering opgezet in een nieuwe keten en samenwerking: direct leren en werken combineren.

    -Het resultaat is dat toen ik begon er 354 partijen in de bijstand zaten en nu aan het eind van deze periode 260. Een prachtig resultaat op trots op te zijn.

    Ondernemers

    Laborijn is ook verantwoordelijk voor de steun aan kleine ondernemers en zzp-ers en zelfs ook voor de schuldhulpverlening aan deze groepen. Daar hebben we natuurlijk veel werk gehad aan de TOZO- en TONK-regeling die in verband met corona zijn opgezet. We waren het snelst in Nederland om de eerste groep zelfstandigen te onder steunen.

    Buitenland: wat helaas niet gelukt is is om de regelingen voor ondernemers ook van toepassing te krijgen op ondernemers die in Nederland hun bedrijf hebben en in Duitsland wonen. Tot op hoog niveau hebben we hier geschakeld, kamervragen laten stellen enz. Maar het is niet gelukt.

    Ondernemersadviespunt. Door al deze steun aan ondernemers kwamen we erachter (dat wist ik natuurlijk uit mijn vorige werk al) dat sommige kleine ondernemers en zzp-ers niet gebaat zijn bij alleen financiële ondersteuningen, maar voor advies en coaching. Daarom –en daar ben ik echt heel content mee, het was altijd een grote wens van mij- is het Ondernemerssteunpunt Aalten-Doetinchem opgezet.

    Daarnaast ben ik de initiator geweest van enkele projecten in corona-tijd waar we ondernemers geholpen hebben met hun overtollig personeel (pool) en samenwerkingsverbanden  (bijv. gezondheid ondernemers)

    Dat is indrukwekkend wat hier allemaal in gang gezet is en gebeurd is, natuurlijk ook onder invloed van externe omstandigheden als corona, goede arbeidsmarkt enz. Hoe is het eigenlijk op die arbeidsmarkt gegaan?

    Ons WW-percentage is all time low, datzelfde geldt voor de bijstand. Er is vraag naar personeel. En naar goed geschoold personeel. Ik beschouw het als een groot succes dat ik het idee van een talentenfonds uit Twente heb geimporteerd en samen met grote inzet van UWV en FNV in de Achterhoek heb geïmplementeerd als het fonds  “Op IJver”. Hierin kunnen mensen die willen om of bijscholen hulp krijgen. Er zijn al 780 aanvragen ingediend, waarvan er een kleien 300 zijn gehonoreerd. Ik denk dat dit een zeer waardevolle bijdrage is aan een goed functionerende arbeidsmarkt in de Achterhoek.

    Verder ben ik trots op ons Actieplan Jongeren, waar we echt door precisiewerk jongeren op hun plek zetten: alle jongeren naar school, aan het werk of in een zorgtraject. Dat kan bijvoorbeeld met een voucher waarmee bijvoorbeeld een laptop, werkschoenen of een kappersset gefinancierd kan worden. Een prachtig werkend initiatief, buiten gebaande paden en snel toepasbaar.

    Er is een goed overleg in de Achterhoek tussen werkgevers, werknemers en overheid en scholingsinstellingen. Ik kan daar mooi gebruik van maken, want ik heb gesprekstafels georganiseerd rond werkende armen, arbeidsmigranten en werknemers met een psychische beperking. Wil ik graag mee doorgaan, staan er ook nog een paar op de rol.

    Sociaal ondernemerschap.
    Nog zo’n mooi initiatief dat ik uit Twente mocht meenemen: Move-2-social. Een cursus en coachingsprogramma voor ondernemers die “impact” willen maken. Bijvoorbeeld op de inclusieve arbeidsmarkt, voor het klimaat (recycling) en de doelgroep klanten (niet koopkrachtige vraag). Daar zijn prachtige voorbeeld van ontstaan bijvoorbeeld biologisch fruitbedrijf waar ook mensen uit Aalten werken.

    Ook een mooie aanpak die nu eindelijk van de grond komt is de provinciale/regionale aanpak “social return on investment”. Bij overheidsinvesteringen moeten de uitvoerende bedrijven een percentage van hun omzet besteden aan het invoegen” van werknemers met een beperking. Of aan andere doelen die mooi omschreven staan in een bouwblokmethode. Ik ben ambassadeur van deze aanpak in de Achterhoek. Alle gemeenten doen mee en in de herfst heeft ook de Woonplaats het convenant getekend.

    Aanpak sociaal domein:
    Onze nota “Zo persoonlijk mogelijk blijven meedoen” is een mooi stukje werk. Op de totstandkoming met interactieve digitale gesprekken kijk ik met plezier terug. We zijn nu bezig met de uitvoeringsprogramma’s en dat gaat weer op dezelfde interactieve manier. We hebben twee punten van verbetering: de toegang tot de informatie en voorzieningen en de versterking van de sociale basis. Dat zijn immers voorwaarden voor o.m. bestaanszekerheid, gelijke kansen en een gezonde levensstijl. Mooi om aan te (blijven) werken!


  • Wie is Esther Diepenbroek?

    In de kandidatenfolder staat het zo:

    Brutalen hebben de halve wereld,” : zij die de weg weten, communicatief sterk zijn, niet bang zijn zich te laten horen, snel(ler) resultaat bereiken.

    Wil raadslid zijn voor iedereen, vooral voor die inwoners die zichzelf niet onder de “brutalen” scharen. Weet uit eigen ervaring hoe moeilijk het is om gehoord te worden als je met problemen zit, niet weet waar je moet aankloppen. Wil er daarom voor jou zijn, kan je misschien op de goede weg helpen:  “mail mij gerust als je ergens mee zit.”
    Sta voor kansengelijkheid, bestaanszekerheid, voor een gemeente waarin iedereen mee kan doen en zichzelf kan zijn. Zet mij daar de komende jaren weer 100% voor in.

    Esther, je roots liggen in Dinxperlo, je woonde een tijdje in De Heurne en nu al weer 2,5 jaar op de Grote Maote in Aalten. Je bent dus wel een echte Achterhoeker. Hoe verbonden voel jij je met de Achterhoek?

    Waar ik vroeger dacht dat ik veel liever in de stad wilde wonen, want daar was veel meer te doen, is dat nu heel anders. Het gemoedelijke van de mensen en het klaarstaan voor elkaar zijn de dingen die goed bij me passen. Ook kun je door het mooie landschap lekker tot rust komen hier. De Achterhoek voelt voor mij als thuiskomen.

    Natuurlijk helpt het ook als je actief bent in je woonplaats/gemeente. Bij clubs of verenigingen waar je je hobby kunt uitoefenen. Dit doe ik bijvoorbeeld bij de lokale omroep: AFM. Hier maak ik verschillende radioprogramma’s. Als interviewer voor één van deze programma’s spreek ik zoveel verschillende mensen met hele mooie ideeën voor de Achterhoek. Hierdoor krijg je een heel goed beeld van wat er allemaal te doen is in de Achterhoek. 

    Dit geldt natuurlijk ook voor mijn werk als raadslid. Hierdoor heb ik een veel beter beeld van hoe alles tot stand komt. Wat er wel kan en mag en hoe je daar zelf invloed op kunt uitoefenen. Het is belangrijk om mee te doen en dat kan goed door je te verdiepen in de lokale politiek.

    En als je het over de Achterhoek hebt kun je natuurlijk niet om het festival der festivals heen: de Zwarte Cross. Ook al is dit festival ontzettend groot geworden de laatste jaren, toch laat het de typische gemoedelijkheid van de Achterhoekers zien. Geen gedoe, gewoon gezellig een biertje drinken en genieten van de muziek. Ik hou daarvan. En niet alleen als festivalbezoeker, maar ook als medewerker op het festival. Dat laatste moet je ook echt een keer meemaken, ik kan het iedereen aanraden!

    Je maakt je erg druk om rechtvaardigheid voor mensen die “niet tot de brutalen”horen. Heeft dat ook iets met het Achterhoeker zijn te maken?

    Dat is een lastige vraag. Ik heb altijd een sterk rechtvaardigheidsgevoel gehad. Als er iemand in mijn klas gepest werd, dan ging ik juist met diegene om, betrok deze persoon bij spelletjes op het schoolplein enz. Dat zit gewoon in mij.

    Toch denk ik wel dat het in de Achterhoeker zelf zit om voor een ander klaar te staan. Het is hier heel normaal om je naober te helpen. Dat is natuurlijk van oudsher al zo. En hoewel dat nu misschien toch wat minder vanzelfsprekend is, zie ik toch nog steeds heel veel mensen hier die voor een ander klaar staan. Dat merk ik ook tijdens de AFM Hulpweek.

    Je bent een van de drijvende krachten achter de Hulpweek van AFM die elk jaar rond kerst gehouden wordt. Wat is hiervan de bedoeling en wat je drijfveer.

    Tijdens deze week proberen we zoveel mogelijk mensen te helpen die, om wat voor reden dan ook, een rotjaar hebben gehad. Iedereen kan dan voor zichzelf of voor een ander een wens insturen. Die proberen we dan te vervullen. Het gaat vaak juist om hele kleine dingen. Bijvoorbeeld even een bloemetje of een pakketje met iets lekker brengen. Het idee dat iemand aan ze denkt is vaak al genoeg om ze een goed gevoel te geven.

    Als je ziet hoeveel mensen hier belangeloos aan meewerken om dit mogelijk te maken, dan word je daar ontzettend blij van.

    Tijdens deze Hulpweek worden er ook boodschappenpakketten bezorgd bij mensen die het niet zo breed hebben. Door de vele samenwerkingen met andere organisaties in onze gemeente, voorkomen we dat er misschien wel  vijf pakketten bij  één adres terecht komen. Zo kunnen we veel meer mensen blij maken met een mooi en zeer bruikbaar pakket met boodschappen.

    In één van de advertenties van PP zagen we je met een regenboogvlag, PP doet mee aan de Internationale Vrouwendag. Je legt steeds de nadruk op het feit dat iedereen er toe doet en zichzelf mag zijn. Wat zegt het jou dat jij één van de twee vrouwelijke lijsttrekkers  bent in de gemeente en nog jong ook?

    Maar één ding: er zitten te weinig vrouwen in de politiek. En ook te weinig jonge mensen. Want als ik met mijn 34 jaar als jong wordt bestempeld, dan is er nog wel wat te winnen op dit gebied denk ik. Al snap ik het wel, de meeste raadsleden zijn toch (grijze of kale) mannen van zeker boven de 50. Dan ben ik inderdaad jong. Wat ik wel mooi vind om te zien, is dat er 4 jaar geleden nog geen enkele vrouwelijke lijsttrekker was. Nu zijn het er 2! We gaan dus wel vooruit. Past ook wel mooi bij de Progressieve Partij natuurlijk: vernieuwing en vooruitgang.

    Wat gaat de Aaltense politiek merken van meer vrouwen in de raad en zelfs twee lijsttrekkers?

    Met alleen twee vrouwelijke lijsttrekkers zijn we er nog niet. Ik hoop dat er na de verkiezingen meer vrouwen in de raad komen. Nu zijn het er 5 van de 21. Dat mogen er echt wel wat meer worden. Tegen vrouwen die twijfelen wil ik maar één  ding zeggen: ga ervoor! Het is een mannenwereld waar je vaak ook best wat haantjesgedrag tegenkomt. Als vrouwen kunnen we mooi wat tegenwicht bieden. En de vrouwelijke kijk op dingen is wel degelijk anders dan die van mannen, dus die kunnen we goed gebruiken. Vrouwen aan de top! 😉


  • Wie is Bert Weevers?

    Bert Weevers, huidig raadslid en no. 2 op de kieslijst van de Progressieve Partij. In de kandidatenfolder staat de volgende omschrijving:
    Veel kennis en ervaring op gebied van energie, duurzaamheid en wonen. Enthousiast saxofoonspeler, bestuurslid en programmeur van jazzconcerten en jamsessies in de Koppelkerk. Initiatiefnemer Energie Coöperatie Bredevoort. Bezorgd over waar het met de wereld naar toe gaat: klimaatverandering, verlies van biodiversiteit, ongelijke verdeling tussen arm en rijk. Ergert zich aan Rijksoverheid die steeds de verkeerde keuzes maakt. Die niet de belangen van de gewone man en vrouw en de toekomst van kinderen en kleinkinderen voorop stelt. Onder het mom van ‘economie’ en of ‘werkgelegenheid’ kiest voor het grote geld. Daarom op lokaal niveau het tij keren. De afgelopen vier jaar zijn daarin duidelijk de eerste stappen gezet. Zin in meer!

    Bert, je bent saxofoonspeler, maakt je druk voor de culturele vrijplaats Koppelkerk in Bredevoort, wat betekent voor jou muziek, cultuur en kunst in het algemeen?

    Ik ben bij wijze van spreken al vanaf mijn geboorte geïnteresseerd in muziek. In mijn jeugd accordeon leren spelen, in pubertijd en daarna veel (pop- en rock-)concerten bezocht, muziek opgenomen op cassettebandjes (wie kent ze nog), etc. En pas na mijn studie de saxofoon opgepakt. De jazz trok al lang vanwege de grote vrijheid en expressiemogelijkheden daarin, maar ik heb ook Stones- en Normaal-nummers gespeeld. Zelf muziek maken is vooral een uitlaatklep en genieten van het samenspel met medemuzikanten. Muziek luísteren geeft ontspanning, schenkt ‘schoonheid en troost’ zoals dat in die serie van Wim Kayser van 20 jaar geleden zo mooi werd benoemd. Dat aspect maakt dat ik de exposities, concerten en literaire avonden in de Koppelkerk ook zo belangrijk vindt en er graag aan meewerk. Maar kunst is meer dan even ‘ontsnappen aan de harde werkelijkheid’. Kunst zet je vaak ook even op het verkeerde been, laat je anders kijken of luisteren. Als je je openstelt kan dat zowel een emotionele als een intellectuele verrijking betekenen. Kunst is in mijn ogen een essentiële voorwaarde voor groei en welzijn van mens en maatschappij. 

    Met oa Mike Visser en Alan Gascoigne lekker blues spelen

        

    Je hebt je in de raad ontwikkeld als dè specialist op o.a. klimaat, duurzaamheid en woningbouw. Waarom zijn deze onderwerpen zo belangrijk voor jou, voor de gemeente, voor de wereld?

    Dit zijn de terreinen waarop ik in mijn werkzame leven actief was. Ik heb jarenlang bij een energie-advies-bureau met inspirerende collega’s aan interessante projecten gewerkt. Zo was ik betrokken bij het eerste integrale woonlastenonderzoek in Nederland. In Tilburg werd voor het eerst met betrekking tot betaalbaarheid van het wonen niet alleen naar de huur gekeken, maar werden ook de energielasten en de gemeentelijke lasten meegewogen en afgezet tegen het inkomen. Het begrip energiearmoede, dat al langer in Engeland bestond, is toen in Nederland geïntroduceerd. Over het belang van de energieprestatie van (sociale) woningen voor huurders en woningcorporaties, de relatie met huurverhogingen, het strategisch voorraadbeleid heb ik zelfs nog twee boekjes geschreven. Dat snijvlak tussen duurzaamheid en wonen was niet alleen heel interessant om in te pionieren, ik vond het ook nodig dat er beweging kwam.

    Hoezo beweging?

    Kijk, goed en betaalbaar wonen is een grondrecht. Maar dat recht staat helaas op gespannen voet met de praktijk. Ik kan niet goed tegen onrecht en wil me er dan tegenaan bemoeien. Tegelijk: als je je verdiept in het klimaat dan slaat de schrik je om het hart. Het inzicht in de relatie tussen fossiele brandstoffen, CO2 en klimaatopwarming is al ruim 100 jaar oud. Shell heeft er zelfs rond 1980 een soort pré Al Gore-film over gemaakt. Maar de belangen van aandeelhouders wogen zo zwaar dat de fossiele industrie daarna miljoenen heeft besteed aan klimaatontkenning, bewerking van publieke opinie en politiek. Dat is ook een grove onrechtvaardigheid! En het effect is dat er veel te laat is ingegrepen. Gelukkig is het tij inmiddels gekeerd. We zijn nu zover dat de oplossingen – want die zijn er wel degelijk! – ook echt gerealiseerd kunnen worden. En dat moet op lokaal niveau gebeuren. Nou, en ik wou daar graag een kleine bijdrage aan geven….. Met de voeten in de politieke klei keihard aan het werk.   

    Je bent initatiefnemer van Energie Coperatie Bredevoort, kun je daar wat meer over vertellen en zie je dit als een kans voor duurzaamheid, maar ook tegen energiearmoede?

    Die gedachte dat het lokaal echt moet gebeuren was natuurlijk ook de basis voor de oprichting van de Energie Coöperatie Bredevoort. Een energiecoöperatie is er niet alleen om duurzame energie op te wekken, maar ook om te zorgen dat de opbrengsten van die duurzame energie de eigen leden en de gemeenschap ten goede komen. In het fossiele tijdperk waren het de grote multinationals die alle winsten naar zich toe schraapten. Het grote voordeel van zonne- en windenergie is dat het decentraal, op relatief kleine schaal kan worden geproduceerd en daarmee ook veel makkelijker democratisch kan worden geëxploiteerd. (Ik vind nl niet alleen dat de politiek democratischer moet, maar ook de economie.)  Toen we de energiecoöperatie in Bredevoort oprichtten was er helaas nog geen leenmogelijkheid voor een zonne-certificaat in onze gemeente. Dankzij PP is die er inmiddels wel, en dat betekent dat ook mensen zonder veel geld op de bank mee kunnen doen met een energiecoöperatie en kunnen profiteren van de opbrengst en een goed rendement. In die zin kan het zeker een bijdrage leveren tegen energie-armoede.

    Maar minstens even belangrijk is dat er door iedereen kan worden geïnvesteerd in verbetering van de energie-prestatie van hun woning, dwz isoleren, isoleren, isoleren. Hoe minder energie je nodig hebt, hoe minder je afhankelijk bent van prijs-schommelingen op de markt. Ik heb dan ook de afgelopen bijna 4 jaar, volop gepleit voor investerings-steunmaatregelen voor de laagste inkomens. Betaalbaarheid en eerlijk delen is ook in de energietransitie voor PP super belangrijk.

         

          

    Je profileert je echt als aanhanger van de gedachte “think global, act local”; je hebt nu vier jaar hard gewerkt aan die lokale belangen in de gemeenteraad. Wat drijft je om nog vier jaar te zeggen “zin in meer”.

    Het is inderdaad hard werken, maar het is tegelijk veel leuker dan ik vooraf had gedacht. Je hebt goede discussies met andere fracties en het heeft zin wat je doet. Op duurzaamheidsgebied is er de afgelopen raadsperiode meer gebeurd dan de 16 jaar ervoor. Maar het werk is nog lang niet af. Eigenlijk beginnen we pas! We hebben niet alleen te maken met een klimaatcrisis, maar ook met een biodiversiteitscrisis die moet worden aangepakt. Gelukkig zijn er veel maatregelen die voor beide gunstig uitpakken. Nu is de gemeente nog vooral gefocussed op de woningen, maar de industrie, de landbouw en het vervoer zijn minsten even belangrijk. Op alle gebieden moet nog veel worden gedaan. Zo is de toekomst van mobiliteit: elektrisch en delen. Ik heb hierover een mooi nieuwtje: we gaan als Energie Coöperatie Bredevoort samen met Bredevoorts Belang een elektrische deelauto regelen. Ook mensen die geen (tweede) eigen auto kunnen of willen hebben, kunnen binnenkort elektrisch rijden vanuit Bredevoort. Dit is weer een fantastisch voorbeeld van bewoners-initiatief, van coöperatief werken! In je eentje krijg je weinig voor elkaar, je moet het samen doen. Dat is ook één van de grondgedachten van PP! 


  • Wie is Wim Hokken?

    Op nr. 7 van de kieslijst van de Progressieve Partij prijkt de naam van Wim Hokken. We lezen daar:

    Wim Hokken   
    Werkt als adviseur bij diverse gemeenten in de sector onderwijs. Goed onderwijs kan kansenongelijkheid in onze samenleving verminderen, daaraan zijn steentje bijdragen stimuleert hem. Wil lokaal actief zijn, gelooft in nabijheid, weten voor wie je het doet. Wil ongelijkheid bestrijden, natuur herstellen, landbouw helpen hervormen naar natuur inclusieve landbouw. Was in Waadhoeke (Friesland) raadslid voor linkse samenwerkingspartij (soort PP).Heeft zich daar vooral bezig gehouden met de Wet Natuurbescherming, de Omgevingswet en de RES. Is lid van Groen Links. Hobby’s: dagelijks 10 km wandelen, veel en graag lezen. Is onder indruk van het orgel van de Helenakerk. Geniet van al het moois in onze regio!

    Dat prikkelt de nieuwsgierigheid, dus tijd voor een gesprekje.
    Wim, je woont nog niet zo lang in het dorp Aalten, wat bracht je naar hier en wat vind je aantrekkelijk aan het dorp en de omgeving?

    Heel lang geleden hebben wij in de Liemers gewoond. We fietsten vandaar vaak naar de Achterhoek rond. Waar we ook woonden, nergens vonden wij een mooier landschap dan daar. Hoewel we 30 jaar met veel “nocht en wille” in Fryslân hebben gewoond, zijn we de Achterhoek nooit vergeten. En toen het kon, toen was de keuze snel gemaakt. Wij woonden in Fryslân in een klein dorp. We hielden wel van die overzichtelijke wereld, maar winkels op loopafstand, een station, dat was bij ons een eind vandaan. Dat is er allemaal in Aalten en dat zijn voorzieningen die je graag dicht in de buurt wilt.

    Je hebt je sporen verdiend in diverse beleidsfuncties bij de gemeentelijke overheid. Wat trekt jou zo aan in de publieke zaak?

    Als je voor de overheid werkt, dan ben je aan het werk voor de gemeenschap. Als adviseur in de publieke dienst kan je het verschil maken. Ik heb in mijn loopbaan mooie dingen mogen realiseren. Die ruimte biedt de overheid aan zijn medewerkers. Je moet het willen pakken, maar dan kan er veel. Mijn laatste grote klus bij mijn vorige werkgever was het realiseren van een scholenlandschap waar voor ieder kind een passende plek is. Ik heb daarvoor mooie scholen mogen bouwen, maar ook besturen bij elkaar gebracht om nieuwe onderwijsvormen te maken. Daar kijk ik met trots op terug.

    Er is best een kloof te ontwaren tussen het politieke bestuur en de”mensen in het land”. Ook stevenen we af, volgens onderzoek, op een laagvertrouwen-land. Wat is jouw analyse en oplossing? PP streeft altijd naar openheid, is erg actief met het informeren van de inwoners. Helpt dat, denk je?

    Dertig jaar neoliberaal beleid heeft de staat op belangrijke onderdelen ondergeschikt gemaakt aan de markt. De overheid zal de markt weer moeten terugdringen en pas dan kunnen we vertrouwen herwinnen. En in die tussentijd moeten we als PP stem geven aan de ongehoorden, de mensen die de overheid nodig hebben. En dan moet je doen wat de PP doet: vertellen wat je doet, waarom je het doet. Maar we moeten ook het eerlijke verhaal vertellen: dat het ons niet in een enkel jaar gaat lukken. Laten we hopen op begrip. En we gebruiken onze invloed om de gemeente te laten uitleggen wat ze doet en waarom ze dingen doet zoals ze gebeuren. En daarvoor moeten we alle communicatiemiddelen benutten. Gelukkig kan er veel online gecommuniceerd worden, maar het moet mogelijk zijn en blijven in een gesprek met een ambtenaar uitleg te krijgen. Een goede ontmoetingsruimte voor ambtenaren met burgers is broodnodig. Het is daarom een prima PP idee het oude RABO-bank deel van het gemeentekantoor om te bouwen tot ontmoetingscentrum.

    Je was in Friesland ook actief in de gemeentepolitiek. Daar werkte je als GroenLinkser samen met de PvdA. Is de samenwerking tussen deze twee partijen, ook in de lokale Progressieve Partij een opmaat tot een grotere linkse beweging in Aalten en het land?

    In Fryslân was ik vele jaren lid van de steunfractie van GroenLinks in de gemeenteraad van Franekeradeel. We hadden in de raad maar een zetel en vaak maakten wij het de bestuurders lastig, maar als het ze echt te heet onder de voeten werd, dan sloot de coalitie de rijen en hadden wij als GroenLinksers het nakijken.

    En toen kwam de herindeling. GroenLinks was in twee van de drie oude gemeenten vertegenwoordigd met 1 zetel. De PvdA had in elke gemeente 2, 3 zetels. We raakten in gesprek en besloten een gezamenlijke linkse partij te vormen met nog een lokale groepering uit Het Bildt en D66. Dat heeft goed uitgepakt. We haalden na de herindeling 6 zetels en werden de 2e partij en kwamen in het college. Dat heeft ons inhoudelijk geen windeieren gelegd. We hebben met name in het sociaal domein veel zaken binnen kunnen halen. Ik heb in die periode ook geleerd dat PvdAers soms ook gewoon heel aardige mensen zijn met wie het goed samenwerken is. Na 2 jaar waren we de bloedgroepen vergeten en waren wij gewoon SAM Waadhoeke. Lekker linkse mensen die ongeveer hetzelfde wilden in het sociaal domein, met het landschap, met duurzaamheid. De samenwerking beviel. Ik zou graag zien dat we op meer punten gaan samenwerken als linkse Nederlanders. GroenLinks, PvdA maar ook de SP, de Dieren en Bij1 zijn partijen met wie we veel delen. Zou links in Den Haag aan de kant staan als we alle linkse zetels in 1 partij hadden verenigd? Politiek gaat over idealen, maar je hebt macht nodig om die te kunnen realiseren. Ik ben voor meer SAMen en de PP doet dat al jaren en dit jaar nog meer dan anders.


  • Wie is Petra Hoezen?

    In de kandidatenlijst lezen we het volgende:

    Petra Hoezen (PvdA)
    Regelmatig hardlopend te spotten, graag lange afstanden en door het bos. Indien niet hardlopend, dan wel op de bok of te paard. Werkzaam als strafrechtadvocaat en komt op voor mensen die te maken krijgen met verplichte GGZ. Motto: sta voor wat je doet en doe waar je voor staat. Wars van bureaucratie. De overheid is er voor de burger en niet andersom. Wil zich inzetten voor transparantie en doelmatige besteding van gelden. Vindt klimaat en cultuur belangrijk, maar daar kan iemand zich pas druk om maken als wonen, werk en financiën zeker zijn.

    Wie is Petra Hoezen?
    Petra, je bent toch geen onbekende in de Aaltense politiek en in de buurtschap Barlo?
    Dat klopt, van 2010 tot 2014 heb ik in de raad gezeten namens de PvdA. Dat was een hele leuke en ook leerzame tijd. Daarna ben ik in het bestuur van Barlo’s Belang gekomen. Ik ben opgegroeid in Barlo en ben 15 jaar geleden weer teruggekomen. Ik had het geluk dat het huis van mijn ouders gesplitst kon en mocht worden. Sindsdien woon ik op de plek waar ik ook ben opgegroeid.

    Je bent als ras-echte PvdA-er een samenwerking aan gegaan met de Progressieve Partij. Hoe kijk je tegen deze samenwerking aan.
    Ik ben van mening dat wij elkaar kunnen versterken. Het is geen geheim dat het voor (gemeentelijke) partijen van welke kleur of overtuiging dan ook moeilijk is om kandidaten te vinden die als raadslid aan de slag zouden willen gaan. Daar komt bij dat ik vind dat je zoveel mogelijk moet kijken naar wat je met elkaar verbindt in plaats van wat je van elkaar onderscheidt. Uiteindelijk is ieder raadslid vrij van enige last of ruggenspraak en maak je altijd een eigen afweging. Het kan daarom alleen maar helpend zijn om samen te werken op de onderwerpen waar je hetzelfde over denkt. Overigens zijn er volgens mij eigenlijk geen echte inhoudelijke verschillen tussen de PP en de PvdA. Het is hooguit dat de accenten in het verleden wat anders lagen. Daar is niets mis mee.

    Je zult in je werk vast te maken hebben met mensen die het niet zo getroffen hebben in het leven, maar ook wel zich onrechtvaardig behandeld weten door de overheid. Hoe zie je de rol van de overheid en ook als je zelf daarvan deel uit zou maken als raadslid?
    De overheid is feitelijk natuurlijk niet meer dan een club van mensen die beleid maken en uitvoeren. Hierbij lijkt met enige regelmaat het beleid op zichzelf de hoogste prioriteit te hebben, terwijl het beleid natuurlijk altijd ten dienste staat van de burger en de samenleving. Dit lijkt nog wel eens uit het oog te worden verloren. De overheid lijkt in bepaalde situaties vooral zichzelf te willen beschermen en zich van de verantwoordelijkheden te willen ontdoen. Een voorbeeld hiervan is dat de overheid verantwoordelijk is voor voldoende huisvesting, dat is zelfs in de grondwet vastgelegd, maar in de praktijk zie ik dat de gemeente zich verschuilt achter de woningbouwcorporaties en meent dat het niet zijn verantwoordelijkheid is om ervoor te zorgen dat iemand passende woonruimte heeft.

    Ik zie mijzelf als raadslid niet als onderdeel van de overheid, maar juist als vertegenwoordiger van de burger en controleur van de overheid. Hierbij hoort wel de verantwoordelijkheid om soms ook beslissingen te nemen of beleid vast te stellen waar niet iedereen blij mee is. Ik ben er echter van overtuigd dat ook deze mensen dit zullen kunnen begrijpen en accepteren zolang je maar doet waar je voor staat en staat voor wat je doet.

    Je woont zelf in een actieve buurtschap, hoe kijk je tegen leefbaarheid, woningbouw en toekomst van kleine kernen aan?
    Ik zie hele actieve en hechte buurtschappen in onze gemeente. Hoewel ik in mijn jeugd en in de afgelopen jaren veel voorzieningen heb zien verdwijnen, is de leefbaarheid volgens mij nog steeds heel goed. We zijn ook allemaal veel mobieler geworden en kunnen dus makkelijker naar een supermarkt en andere voorzieningen in de grote kernen. Waar ik mij wel zorgen om maak is dat er voor jongeren en starters op de woningmarkt weinig, en steeds minder lijkt het, mogelijkheden zijn om zich te vestigen in een buurtschap. Ik zie dat er vooral woningen voor de zogenoemde ‘middenklasse’ zijn gebouwd. Het lukt onvoldoende om daadwerkelijk betaalbare huur- en koopwoningen te bouwen, hoewel politieke partijen en politici al jaren roepen dat ze dit willen doen. Het wordt tijd dat zij tot het inzicht komen dat er wel eens meer gedaan zal moeten worden dan het maken van prestatie-afspraken met de woningcorporaties.

    Hoe zo duursporten en op de bok?
    Hahaha, dat vraag ik mij ook altijd de laatste paar kilometers af; waarom doe ik dit ook alweer? Zonder gekheid, hardlopen – en dan vooral trails – is voor mij de beste manier om mijn hoofd leeg te maken. Het doet je ook met beide benen op de grond staan en je realiseren dat je eigenlijk niet zo heel veel nodig hebt om gelukkig te zijn. Hetzelfde geldt voor paarden, het interesseert mijn paard helemaal niets of ik advocaat ben of raadslid of wat dan ook, zolang ik hem maar op tijd voer, borstel en een buitenrit maak, is hij het blijste paard van de wereld. Wat overigens ook erg helpt om te relativeren is het opruimen van al die mest……


  • Wie is Theo Bauhuis


    Theo Bauhuis staat op plek no. 5 van de lijst van de Progressieve Partij. We lezen de volgende omschrijving.
    “Natuurmens en radiomaker. Werkzaam als software consultant voor de groene sector, afgestudeerd aan hogeschool Larenstein. Hobby’s: gids Vragenderveen, programmamaker en medeoprichter lokale omroep AFM, natuurfotograaf. Raakte geïnteresseerd in de PP door de laagdrempeligheid en open communicatie zoals nieuwsbrief, meedenkavonden en zomerexcursies. Hoopt bijdrage te kunnen leveren aan sterkere natuur en milieuvriendelijker samenleving. Vooral door betrokkenheid en begrip, niet alleen door opleggen van regels. “Practice what you Preach!”, probeert zelf ook zo bewust mogelijk te leven. Creativiteit is een belangrijk hulpmiddel om problemen en knelpunten op te lossen.”
    Dat maakt nieuwsgiering. Tijd voor een nadere kennismaking.

    Theo, je woont al je hele leven in Aalten?
    Nee niet helemaal, geboren en getogen in het huis waar ik nu ook weer woon, maar tussendoor in Nijmegen en Arnhem gewoond. Oorspronkelijk voor studie en daarna nog een goed jaartje in Arnhem blijven hangen

    Je omschrijft je zelf als natuurmens, hebt een opleiding in het groen en werkt als software consultant voor de groene sector. Wat heb jij met groen?
    Als kind was ik altijd al buiten te vinden en wandelde ik met mijn vader elke zondag in de natuur. Die liefde voor natuur is nooit weggeweest, vandaar mijn opleiding. Ik geniet van natuur en alles wat er in leeft. In mijn tuin composteer ik zoveel mogelijk en ruim ik de tuin pas in het voorjaar op. Een kale strakke tuin in de winter is voor mij te doods en kaal.

    Wie een beetje de sociale media volgt ziet soms prachtige foto’s van het Vragenderveen van jouw hand. Wat fascineert je daar zo aan?
    Het unieke van hoogveen en de ruigheid van het gebied. Een uitdaging voor alles wat er probeert te groeien. Het is zo ruig en ongerept dat het me een jaar heeft gekost foto’s naar mijn zin te maken. In het begin zag ik teveel en probeer je alles in één beeld de proppen.
    Leuke bijkomstigheid is een historische link. Mijn opa had er een perceeltje met turfrecht, mijn vader heeft in de jaren tachtig geholpen met het weer vrij maken van het veen.

    Je bent al heel lang betrokken bij de lokale omroep. Hoe zie je de functie van een lokale omroep nu en in de toekomst? Wat vind je er leuk aan om daar te doen?
    Een lokale omroep moet een afspiegeling zijn van de gemeenschap en zich daar ook breed op richten. Het is een bron van informatie, maar moet ook programma’s bieden voor alle verschillende interesses. Zowel in muziek, informatie en cultuur. Aalten heeft bijvoorbeeld een schitterende muziekcultuur en veel muziekliefhebbers, die lokale muziek en muzieksmaken moeten terugkomen. De belangrijkste drijfveer voor mij destijds om mee te helpen aan de oprichting was dat de partij die toen lokale omroep was zich vooral richtte op het grote midden voor de hoogste luistercijfers. Ik vind dat je er moet zijn voor iedereen, van kind tot oudere, van piratenliefhebber tot rocker. En van licht vermaak tot serieuze inhoud.

    Je zegt dat je communicatie, creativiteit en openheid van belang vindt. Hoe pas je dat toe op de politiek?
    Als ik mensen spreek vind ik het altijd prima om het gezellig te hebben, samen een biertje te drinken, maar ik wil ook altijd weten wat mensen bezig houdt, wat ze beweegt en wat ze motiveert. Je ziet me dus ook eerder aan een klein tafeltje dan in een grote groep. Die creativiteit komt naar voren in de oplossingen die gezocht moeten worden, het omdenken zeg maar, en ook in de manier hoe de dingen gebracht worden. Ik geef veel trainingen en ik weet dat je door informatie droog op te sommen betrokkenheid kwijt raakt. Je moet het zo zien te brengen dat je mensen triggert om te luisteren.

    Stel dat de Progressieve Partij een hele goede uitslag maakt dan kom je in de raad. Je gaat je zeker inzetten als fractievolger. Wat moet volgens jou de Progressieve Partij doen in de raad en daarbuiten?
    In ieder geval door gaan met een aantal zaken die nu ook al goed toegepast worden in mijn ogen. De inloopavonden, waarbij laagdrempelig aangeschoven kan worden om mee te praten, de nieuwsberichten, die ook door collega partijen geïnteresseerd worden gelezen en de zomerexcursies om meer te zien wat onze gemeente bijzonder maakt. Social media kan denk ik nog sterker, de podcast is al een mooi voorbeeld.


  • Wie is Sylvia Stuivenberg?

    Sylvia staat no. 3 op de lijst van de Progressieve Partij. Daar lezen we:
    Woont sinds kort in Dinxperlo, daarvoor in Breedenbroek. Afgelopen 5 jaar politiek actief geweest. Actief binnen Rooie Vrouwen (PvdA). Hobby’s: klussen, onderwatersport en ruwharige teckel. Werkte bij gemeentelijke afdeling Welzijn, is een mensenmens die geen uitdaging uit de weg gaat. “Kan niet, bestaat niet”, zoekt gepassioneerd naar oplossingen zowel bij klussen als maatschappelijke vraagstukken. Problemen zijn niet alleen met zak geld op te lossen, gelooft in creativiteit van mensen om oplossingen te vinden. Staat voor rechtvaardigheid, wil zich daar hard voor maken. Gelooft in compassie, solidariteit en streeft naar een zo goed mogelijk leefklimaat voor onze inwoners.

    Sylvia, je woont sinds kort in Dinxperlo?
    Eind september heb ik de sleutel van mijn woning aan de Nieuwstraat gekregen. Een huurwoning via de Woonplaats. Ruim 10 jaar kwam ik regelmatig voor een aantal dagen naar Breedenbroek. Vrienden van mij wonen daar. Een toen ik de kans kreeg om een deel van de boerderij van hun buren te huren heb ik geen moment getwijfeld.
    Dus verhuisde ik 5 jaar geleden naar de Achterhoek; en huurde een deeltje van een boerderij in Breedenbroek. De eigenaren van de boerderij wilden gezien hun leeftijd zelf gebruik gaan maken van mijn ruimte en ik moest verhuizen.
    Verhuizen naar een andere provincie doe je niet zomaar. Ik heb mij de eerste 2 jaar ontworteld gevoeld en heb veel energie gestoken in het leren kennen van mijn omgeving en de mensen. Ik ben dan ook 5 jaar actief geweest in de politiek van de Oude IJsselstreek.

    Interessant, je kiest politieke activiteiten om ingeburgerd te raken?
    Ik ben geboren in Leiden en op mijn 5de jaar verhuisd naar Zoetermeer, wat toen een dorp was met 10.000 inwoners. De mensen werkten hoofdzakelijk als boer of in de boterfabriek (Brinkers) en Nutricia. Er waren veel kleine ondernemers waaronder ook mijn vader. Hij was melkboer, zeg maar de voorloper van de SRV- man. Tot aan mijn 12de heb ik hier dagelijks in meegeholpen. Mijn vader was mentaal ziek en moest uiteindelijk besluiten om het bedrijf op te geven.
    Ik heb mij altijd maatschappelijk betrokken gevoeld en kom uit de tijd van de emancipatie van vrouwen met zelfs een wethouder van emancipatiezaken (mooie jaren waren dit).
    Ik heb diverse functies gehad binnen de Gemeente Zoetermeer, afd. Sociale zaken. Ook ben ik voorzitter van een cliëntenraad geweest waarin onder andere de vakbond, gehandicapten zorg, jongeren hulpverlening en directeur Sociale Zaken zitting hadden. Verder zat ik in de Emancipatieraad en was in de avonduren vrijwilliger bij het JOP (huis waar weggelopen jongeren tijdelijk konden verblijven.)

    Bert Weevers (2) en Sylvia Stuivenberg (3) houden het programma en vernieuwde website ten doop

    Dus de insteek (gemeente)politiek is niet zo vreemd. Passen daarin ook je activiteiten voor de Rooie Vrouwen?
    Zeker. Ik ben lid van de Rooie Vrouwen, een landelijke werkgroep van vrouwen die het bestuur van de Partij van de Arbeid ondersteunt. Ook lokaal zijn er diverse groepen van Rooie vrouwen opgericht zo ook in de Oude IJsselstreek en omgeving. Wij hebben ons de afgelopen jaren ingezet voor de problemen die cliënten van Laborijn ondervonden. Daarvoor hebben we een meldpunt ingesteld. Dit heeft geresulteerd in het zgn. Berenschot rapport. Er zijn nu vele veranderingen doorgevoerd voor de cliënten binnen Laborijn.
    We hebben recent een mondkapjes actie gehouden waarbij er 5000 mondkapjes afgegeven zijn bij de Minimanna markt in Ulft.
    In deze tijd waar het alleen nog belangrijk lijkt te zijn hoeveel geld je verdient en hoe je bezit kan vergroten denk ik vaak aan die mensen waarvoor dit niet mogelijk is. Aan mensen die door welke reden dan ook niet voldoende mee kunnen doen. Dit geldt zeker voor de kinderen die zo vele kansen missen. Dit vond en vind ik nog steeds onrechtvaardig. Daardoor kan ik niet anders dan mijn mond opentrekken.

    Vertel eens iets over je woning, istie al gasloos?
    Mijn woning is een 3-kamer woning met een tuin. Op deze woning zitten 12 zonnepanelen en er zijn 2 warmtepompen aanwezig. Het betreft hier een woning binnen de sociale woningbouw met echter wel hoge huren, ik betaal op dit moment € 732,05 per maand hierin zit een bedrag van € 10,40 aan servicekosten. De woning is gasvrij en heeft uitsluitend vloerverwarming. Koken gebeurt met inductie. Ik betaal € 65,00 aan energie dit is tijdens deze sombere maanden veel te weinig. Ik hoop dat ik tijdens de zonnige maanden zoveel kan terug leveren dat ik bij mijn eindafrekening quitte speel.

    Lever je ook energie terug aan het net?
    De woning wekt zelf duurzame energie op door de zonnepanelen. Hiervan gebruik ik een deel en de rest lever ik terug aan de energieleverancier. Vanaf 1 januari 2023 wordt de salderingsregeling geleidelijk afgebouwd. Wat dit financieel voor consequenties heeft in de energie nota is mij nog niet geheel duidelijk. Vanaf 2031 is salderen helemaal niet meer mogelijk, de energie die dan teruggaat naar de energieleverancier daar staat dan geen financiële compensatie meer voor.

    Dit is een huurwoning van de Woonplaats. Hoe werkt nu het loten voor deze woning?
    Deze woningen zijn verloot onder de inschrijvingen; hierbij maakt het niet uit hoe lang je ingeschreven staat bij de verhuurder. De loting geschiedt door een computerprogramma dit om iedereen een gelijke kans te geven. Ik was mij hier niet van bewust, stond 5 jaar ingeschreven en dacht hierdoor kans te maken. Mijn buurman stond 5 maanden ingeschreven. Dit laat zien dat er geen onderscheid is.
    Ik voel mij zeer gelukkig dat ik een woning heb toegewezen gekregen. Het betreft een project van 14 woningen waar alleenstaande jongeren wonen; wat ouderen, alleenstaand of met partner, en mensen van middelbare leeftijd (zoals ik). En ook nog een jong gezin met kind. Een hele mooie mix dus.

    Je staat nu al no. 3 op de lijst van de Progressieve Partij. Hoe dat zo?
    Ik viel met m’n neus in de boter. Er waren al een hele tijd gesprekken over samenwerking tussen mijn partij de PvdA en de Progressieve Partij om samen één lijst te vormen. Dat ging allemaal nog niet zo makkelijk, ook niet binnen onze afdeling. Maar ik vind dat samenwerking tussen linkse mensen heel belangrijk is om een vuist te kunnen maken. Ik las het conceptprogramma van de PP en voelde me meteen aangesproken. Vooral omdat het begrip solidariteit als een rode draad er doorheen loopt. Dus toen de vraag kwam: wie wil er op een verkiesbare plaats op de lijst staan heb ik samen met Petra Hoezen uit Barlo mijn vinger opgestoken. Dus je ziet ook in onze campagne het roosje van de PvdA, naast het logo van de Progressieve Partij. Ik denk dat we de idealen van progressieve mensen op deze manier niet versnipperen, maar gezamenlijk nastreven.

    Het zit er dik in dat je verkozen wordt in de gemeenteraad van Aalten. Wat krijgt de raad voor een raadslid uit Dinxperlo?
    Ik ben breed geïnteresseerd en vooral nieuwsgierig naar mensen en hun drijfveren. Ik wil een brug bouwen tussen Dinxperlo en Aalten; de inwoners van Dinxperlo een stem geven in de hoop dat er meer verbinding komt tussen alle kernen in de gemeente. En dan natuurlijk, zoals ik eerder zei de focus op mensen die niet voldoende kunnen meedoen.
    Dit kan alleen als ik voldoende stemmen krijg om een rol te mogen spelen ik hoop dan ook dat de regels het weer toelaten om meerdere mensen bij elkaar te hebben want dit is wat ik wil: luisteren naar de vragen en mogelijke problemen van de inwoners van Dinxperlo. Je ziet me in elk geval tijdens onze campagne in Dinxperlo op 26 februari waar we beschuit met muisjes gaan uitdelen. Immers onze lijsttrekker Esther Dienpoenbroek (ook geboren in Dinxperlo) is moeder geworden van een prachtige dochter Novi.


Deel deze inhoud