Zwemveiligheid, wat is dat nou weer?

PP meedenkavond in Het Blauwe Meer Dinxperlo

De Nationale Raad Zwemveiligheid zegt:
“Zwemveilig zijn is: In staat zijn om in en om het water te overleven en op een veilige manier te bewegen en te recreëren in de Nederlandse watercultuur.”

Afgelopen woensdag 17 januari werd er door de fractie van de Progressieve Partij weer een meedenkavond georganiseerd.
Deze avond ging over het belang van zwemveiligheid en de toekomst van de zwembaden in de gemeente Aalten. Dit naar aanleiding van de startnotitie zwembaden die in de raadsvergadering van 30 januari voorligt.

De gemeente Aalten heeft nog tot 2032 een contract met Optisport voor de zwembaden Het Walfort en Het Blauwe Meer. 2032 lijkt nog ver weg, maar we moeten wel een plan maken hoe we verder willen met onze zwembaden.

Vragen die daarbij spelen zijn:
·      Moet er in elke gemeente of woonplaats een zwembad zijn?
·      Wat voor zwembad moet dit dan zijn? Voor alleen zwemles, of ook voor zwemsporten zoals waterpolo, of ook voor recreatief zwemmen of ook -met extra warm water – voor ouderen en revaliderenden/ therapeutisch zwemmen?
·      Wie is verantwoordelijk voor zwemles? Ouders, school, gemeente?
·      en hoe gaan we dit bekostigen?

Alex Walter (lid gemeenteraad) en tevens manager van het zwembad “Den Helder ”in Doesburg was uitgenodigd om het een en ander te vertellen over zwembaden en zwemveiligheid. Enkele punten uit zijn mooie verhaal:

In 1882 kwam er het eerste overdekte zwembad in Den Haag. Zwemmen was in die tijd een ‘elitaire’ aangelegenheid. Sindsdien kwamen er steeds meer zwembaden in de grote steden en vanaf 1910 ook in andere steden. Ook kwamen er steeds meer openluchtzwembaden.
Na de oorlog kreeg zwemmen meer aandacht o.a. door de watersnoodramp.
Zwembaden waren vaak ook een prestigeobject. Iets wat andere gemeentes nog niet hadden. Of juist om niet onder te doen voor de buurgemeente. Ze werden vaak geëxploiteerd door een stichting bestaande uit notabelen.

Het schoolzwemmen deed zijn intrede in de jaren ‘60 tot circa ‘85 en werd gefinancierd door de overheid. Het zwemdiploma werd uitgereikt door het ministerie VWS.
Vanaf 1985 werd schoolzwemmen niet langer verplicht. Schoolbesturen konden zelf beslissen of ze het zwemmen nog wel zouden aanbieden. In de loop van de jaren is dat steeds minder geworden en vanaf 2005 wordt er nauwelijks meer zwemonderwijs vanuit scholen gegeven.
De bezoekersaantallen van de Aaltense zwembaden zijn drastisch teruggelopen. Van 128.000 in 2005, via 90.000 in 2010 naar 38.000 in 2022. Dat terwijl zwemmen en zwemvaardigheid belangrijk is. Niet alleen voor de veiligheid, ook in het kader van sport, gezondheid en bewegen. En voor het plezier natuurlijk.

De optimale leeftijd om te leren zwemmen is 6 á 7 jaar. Het is natuurlijk ongewenst dat een jonger kind verdrinkt juist daarom is er een aanbod voor alle leeftijden, incl. baby en peuterzwemmen. Het blijkt dat de meeste verdrinkingen voorkomen bij bewoners met een migratieachtergrond. Het komt steeds meer voor dat bewoners met een kleine beurs het zwemdiploma niet meer kunnen bekostigen. Het is van groot belang dat kinderen leren zwemmen!

De verantwoordelijkheid dat een kind leert zwemmen ligt primair bij ouders. Maar waar kan de ouder straks terecht?

De naoorlogse zwembaden zijn nu allemaal ‘op’. Veel baden zijn of gaan binnenkort weg en krijgen een andere bestemming, zoals Frappant in Aalten al een tijd geleden. Zwembaden zijn duur. De gemeentelijke bijdrage in Aalten is nu ruim 15 euro per zwembad-bezoeker per jaar. Hoe kunnen we zwemveiligheid garanderen? Is specialisatie van zwembaden een oplossing? Bijvoorbeeld recreatief zwemmen in Bahia, zwemles in Varsseveld en de Twee Bruggen, zwemsport in Aalten en therapeutisch zwemmen in Lichtenvoorde? Regionale afstemming lijkt in elk geval erg zinvol.

Dinsdag 30 januari beslist de raad over de Startnotitie Zwembaden.
Ina Massop.

Youtube-filmpje over zwemveiligheid

Deel deze inhoud

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *